U bent hier

Vlaamse export Q1-2023 incasseert eerste kwartaaltik sinds lang

Medio mei 2023 — een maand eerder dan de publicatie van de Vlaamse buitenlandse-handelscijfers — had de NBB in haar eerstekwartaalsprognose voor 2023 al aangegeven dat tijdens Q1-2023 de waardegroei van de Belgische in- en uitvoer zou verdampen tot een lichte daling met resp. -2,8% en -3,1% (intussen herzien tot -2,1% en -1,1%)
Achter dat lichtrode Q1-cijfer gingen wel almaar sterker teruglopende exportcijfers schuil tijdens de beginmaanden van 2023 met in januari nog wel een positief maandverloop (+4,4%), maar in februari al volgde een rood maandcijfer (-1,8%), het eerste negatieve percentage sinds februari 2021. Ook in maart bleef het uitvoerverloop onder nul (-7,7%).
Q1-2023 was voor België meteen ook het eerste kwartaal sinds lang – het vierde kwartaal van covidjaar 2020 om precies te zijn — met “negatieve jaar-op-jaargroei” voor de Belgische kwartaalexport (-2,1%).

In het licht van die povere prognosecijfers voor België, werd verwacht dat ook voor Vlaanderen de maartcijfers alvast weinig indruk zouden maken, ook al had in januari 2023 de Vlaamse uitvoer nog een positief jaar-op-jaarverloop laten zien (+5,11%). In februari kantelde de maandtrend evenwel en sloeg de stijging — voor het eerst sinds februari 2021 — om in een achteruitgang van 2,66%. In maart kleurden de exportcijfers dan nóg een tikkeltje roder (-3,46%).

Sectoren in de min…
Onder de sectoren die stevig de hand hadden in de globale waardedaling van onze Q1-export, was er
eerst en vooral farma die 17,6% of liefst 3,13 miljard euro lager ging dan in Q1-2022.
Zo halveerde in het eerste kwartaal van 2023 de uitvoer van covidvaccins (-54%) tot tot nog maar 3,6
miljard euro, een volle 4,2 miljard euro minder dan tijdens Q1-2022.
De internationale handel in coranovaccins vanuit Vlaanderen lijkt nu echt wel aan het wegsmelten; was
dat vaccintype eind 2022 (Q4) nog goed voor 25,5% van de hele chemie-en-farma-uitvoer (én 6,85% van
de totale uitvoer), tijdens Q1-2023 haalde het nog maar een aandeel van 12,9% binnen de afzet van
chemie en farma (en 3,1% van de totale kwartaaluitvoer).
Ondanks de “monsterdaling” bleven covidvaccins ook tijdens Q1-2023 nog altijd Vlaams exportproduct
nummer 2. Stel dat we de hele Q1-uitvoer ervan zouden weglaten uit de cijfers, dan zou in 2023 de
waarde van de eerstekwartaalsuitvoer niet 0,53% zijn teruggelopen, maar 3,4% zijn toegenomen.
De meerafzet van andere farmaceutica, zoals (non-covid-)vaccinvarianten (+49%) en retailmedicijnen
(+10,4%), samen goed voor ruim 1 miljard euro meerwaarde, konden het (on)tij bij farmaceutica (-17,6%)
in hun geheel evenwel niet keren tijdens het eerste kwartaal.
Ook de Q1-export van chemie deelde in de klappen met een globale uitvoerkrimp van 1,35 miljard euro
(-9,33%). In de grafiek verderop met de verlieslatende exportsectoren staan dan ook ook opvallend veel
subtakken van de chemische nijverheid, zoals organische chemie (-14,2%), ‘diverse’ chemicaliën (-11%),
meststoffen (-20,8%), pigmenten/coatings (-6%).
Ook de export van edelgesteente en –metalen presteerde verloor aan glans tijdens Q1-2023 (-20% of 1,14
miljard minder tegenover Q1-2022). Ruim driekwart daarvan ging verloren bij platina (-37,3%) en bij
diamant (-10,8%).
Tijdens Q1 ging ook van de exportwaarde van kunststoffen (-13,5%) 1,1 miljard euro af, net als bij
minerale brandstoffen en aardolieproducten (-6,76%; - 990 miljoen euro). Over hoe dat kwam zei de NBB
nog het volgende in haar eerstekwartaalsprognose: “Het verloop in waarde van de internationale handel
van producten verdeelt zich verschillend tussen prijzen- en volume-effecten, maar de negatieve jaar-opjaar
evolutie van in- en uitvoerwaarden van de minerale producten is volledig een prijseffect, aangezien
de internationale prijzen naar hun niveau van vóór de oorlog in Oekraïne aan het terugkeren zijn.”

Daarnaast zakte ook nog de exportwaarde van onedele metalen (-10,8%), vooral dan van ijzer & staal (-16,1%) en van koper (-12%).

…en in de plus
Ook al slaagden ze er samen niet in om het globale negatieve Q1-cijfer (-0,53%) van het bord te houden, toch waren er in het eerste kwartaal ook exportstijgers, met al meteen sterke cijfers voor de automotivebranche (+28,4% of 2,9 miljard euro hoger). Bijna de helft van die toename was voor rekening van volelektrische wagens, hybride benzines en plug-in hybride benzines.
Over de recente exportprestaties van de automobielbranche stelde de NBB het onlangs (in haar aprilprognose) nog als volgt: “De sector van de vervoermiddelen was al sterk in 2022, maar overtreft zichzelf dit jaar. De oorzaak is een combinatie van én prijsstijgingen (vooral voor wisselstukken en tweedehandswagens) én volumestijgingen. Ook de shift naar de - meestal duurdere - elektrische voertuigen draagt bij tot de groei van de totale in- en uitgevoerde waarde in de sector.” Ook machines en mechanica (+15,85%) en elektr(on)ische apparatuur en componenten (+31,9%), waren beide goed voor een miljard euro aanwas.
De export van voeding (+22,55%) tekende over de hele lijn waardestijgingen op, met name bij groente- en fruitbereidingen, zuivel, gebak, oliën en vetten, chocolade, vlees, verse groente, fruit en diverse voedingsingrediënten. Voorts liep het ook vlot bij de internationale distributie van schoenen (+29,9%), kledij (met meerwaarden van 14 à 16%) en optica en precisieapparatuur (+6,83%).
In Q1-2023 bleef de exportwaarde vanuit de EU nog altijd vooruitgaan, al lag dat stijgingsgemiddelde (+8,44% over alle EU-exporteurs heen) wel heel wat lager dan de groeipercentages doorheen 2022.

.../...

30 juni 2023